goudstof de wolken
dondervliegjes een halo mijn hoofd
er groeit een reusachtig paar handen uit mijn borst
waarin ik draag dit ei de wereld voorzichtig
waarin ik draag ook mijzelf met mijzelve verenigd
zo zwemt over van liefde je ogen
zo kust een paar lippen je wangen als je haar zoent in
gedachten
de wereld het ei en jezelf
allen eender
gaaf nog
en zonder barsten afwachtend
de randen aftastend
tot ik mij het broedsel doorvroed
nat van het ei noch ik
ontwaak en de wereld begroet