daar achter het duin ligt de zee
wij zien hem niet wij doen hem geloven
achter het duin de zee en de lucht is blauw
de wolken wit wachten op wind
wij denken de zon op ons gezicht
wij hebben de ogen gesloten
er steek een briesje op en de zee springt
in onze neuzen zo over het duin
wij kunnen wachten de zee is blauw
de lucht is zout het duin waait als de wind draait
en het wit zakt langzaamaan terug in zichzelf
zakt langzaam in zichzelve terug
daarachter het duin de zee de zon de wind in de rug