omdat geen ijskristal identiek is aan een ander
daarom heb jij twéé hemelsblauwe ogen
en denk ik in de winter aan de zomer
als je lacht en de zon in je haar laat verschijnen
je haren waar de wind zo gaarne mee speelt
en ik die jaloers alleen maar mag kijken
hoe de wind zo ondeugend je overal streelt
hoe de bladeren vallen en de bomen naakt
met hun takken zich over je buigen
een veelvingerig wuiven weeft zich om je heen
jij maakt dat de winden hun aandacht verschuiven
van noord weer naar zuid en de winter vergaat
daar de zomer zich warm loopt in je gelaat