Zij namen

De diamanten slijpsteen
Het diamanten standbeeld
Geen diamanten kogel
De tanden barsten
Barsten in tranen uit

Hij verliet de kamer
Vol bloemen ogen
Vol oogbloemen
Bloemogen vol nu nog
Herkenbare namen
Namen die één voor één
Afscheid van hem
Namen
Hij noemde ze allen alleen
Nog eenmaal stilletjes op
Opdat zij zichzelf niet
Vergaten maar zij stierven
Zonder zijn stem
In de kamer waar
De lucht koud was
De bloemen ogen
En de ogen als bloemen
Verwielken en verloren
Geur kleur blad en
Frisheid werden dood
En dor bedierven
Verrotten als van een
Zwerver zijn tanden als
Onder een woedende zon
Vlees vlees kadavers
Als op de lippen van
Stervende mensen
De laatste woorden
Hun namen Hun adem