stadsnacht

er rammelt een fietser voorbij
de stenen in de straten huizen
als een lied over bergen
het wenen om oudere huizen

onzichtbare draden

kerklokken luiden het begin
van een stilte in

en uit

tussen de kades schurken de grachten
zachtjes de oude vergeten fietsen
tegen zichzelf en de kades aan

sommige bomen snurken

het licht is een netwerk van onzichtbare draden
een web waarin de stad gebeurt
de bewegende stenen zullen de klokken luiden
de stilte is dát moment waarop iedereen treurt