de novemberzon is mijn geliefde
het strijklicht streelt over de daken
de gouden schijn is bijna aan te raken
de skeletten van de nacht, de bomen,
zij komen weer tot leven in haar ogen
ik laat mij tot haar speelbal maken
het dauwt: tranen uit mijn dromen
zij tracht mijn wangen op te drogen
wanneer zij met diamanten strooit
waarmee zij ooit mijn hart doorkliefde