de smaak van nostalgie: vrieslollies, dubbellikkers
broos ijs dat het verhemelte schoonraspt
alle kleur eruit gezogen, twee stokjes
losgebroken als uit een kalkoen het wensbot
in elke hand een helft smeltend en barstend
kiest het kind de druipende kant en hij lacht
de vallende kant en hij huilt—lacht dus
of huilt—beslist—om het lot